Stichting Be Aware in De Gooi- en Eemlander

October 7, 2023

Be Aware nieuws

Afgelopen dinsdag heeft een journalist van De Gooi- en Eemlander een voorlichting van ons bijgewoond over roken en vapen op College De Brink in Laren. Hier heeft zij een prachtige rapportage van gemaakt die woensdag in de krant is verschenen.


Tekst: Emma Kemp
Foto's: Studio Kastermans / Alexander Marks

’Ik wist niet dat vapen slechter was dan roken’

Meer dan een vijfde van de jongeren(12-25 jaar) heeft in het afgelopen jaar een e-sigaret gebruikt. Deze alarmerende cijfers van het Trimbos-instituut komen op de dag dat leerlingen van College De Brink in Laren voorlichting krijgen over de gevaren van roken en vapen.

Laren ! „Is deze voorlichting nodig volgens jullie?” spreekt Kelly Roelofs van Stichting Be Aware de groep toe. „Nee”, roept een leerling stellig. „Ik weet al hoe het zit”, zegt een ander. „Ik denk dat er genoeg mensen zijn die roken, maar het is je eigen keuze. We weten wel dat het slecht voor je is, maar mensen doen het toch wel”, geeft een andere leerling als argument. „Ik ben benieuwd of jullie aan het eind nog steeds zeggen of het niet nodig is”, zegt Roelofs, die inmiddels dertien jaar voorlichting geeft over verslaving.

Groepsdruk

Ze vraagt de leerlingen waarom ze denken dat mensen roken of vapen. Uit nieuwsgierigheid, door groepsdruk, omdat mensen het cool vinden, zijn een paar redenen die worden genoemd. Roelofs is zelf ook verslaafd geweest, deelt ze. Bij haar gebeurde het uit nieuwsgierigheid: „Mijn vriendje gebruikte drugs, dat deed hij vaak stiekem. Dat maakte me toch benieuwd en een keertje proberen kon vast geen kwaad. Het gaf een fijn gevoel, dus ging ik het steeds vaker doen. Uiteindelijk werd ik verslaafd.” De Hilversumse is nu zestien jaar clean.

Ranzig

Na haar persoonlijke verhaal te delen ,geeft ze de leerlingen direct huiswerk mee. Er klinkt veel gezucht en gesteun in het klaslokaal. „Jullie hebben allemaal wel goede en slechte gewoonten. Te lang tv kijken, te laat komen, junkfood eten. De opdracht is om vier weken lang te stoppen met die slechte gewoonten.” De leerlingen protesteren nog meer. „Dat lukt echt niet”, klinkt het. „Zo voelt een verslaving dus”, antwoordt Roelofs. „Je weet dat het niet goed is, en toch doe je het. Maar geen zorgen, jullie hebben geen huiswerk.”

Er worden stemkastjes uitgedeeld, waarmee leerlingen vragen kunnen beantwoorden zoals ’Ik heb wel eens gerookt’ en ’Roken is slechter dan vapen.’ Twee leerlingen hebben wel eens een hijs van een sigaret genomen. ’Ranzig’ is het antwoord als Roelofs vraagt hoe het was. Op de stelling ’ik wil later wel gaan vapen’ zegt een vijfde van de leerlingen ’ja’.

Smaakjes

Bijna alle leerlingen weten dat vapen slechter is dan roken, toch hebben meer leerlingen dat gedaan dan roken. „Er was bij voetbal een meisje dat het deed”, zegt een leerling. „Zij gaf het aan mij. Ik wist niet eens hoe het werkte, er kwam niks uit. Ik snap niet dat mensen daar verslaafd aan raken.” Een andere leerling vond het best lekker, door het smaakje dat aan de vape zat: ananas-kokosnoot.

Roelofs vraagt de leerlingen of ze weten waarom er smaakjes aan de vapes zitten. „Dan is het lekkerder, en ga je het eerder doen”, is het antwoord. „Maar de smaakjes worden verboden toch?” merkt een leerling op. „Dan worden ze minder lekker.” Sommige hebben zelfs discolichten, weet een leerling. De vapes worden dan ook speciaal voor jonge mensen gemaakt, benadrukt Roelofs. „Vroeger was het heel normaal om te roken. Dat gebeurde in vliegtuigen en leraren deden het gewoon voor de klas. Er was zelfs reclame met dokters die roken. Nu gebeurt er precies hetzelfde met vapen, puur om geld mee te verdienen.”

Groepsdruk

Een van de laatste onderdelen is een rollenspel. Roelofs geeft twee leerlingen twee stiften: een ’vape’ en een ’sigaret’. Ze moeten twee andere leerlingen overtuigen het ook te proberen, maar die laten zich niet makkelijk overhalen. „Doe niet zo flauw, ben je bang?”, pushen de klasgenoten elkaar. „Ja”, zegt een jongen dapper, en doet een stap achteruit. „Kom op, neem gewoon”, proberen ze nog eens. Het tweetal houdt voet bij stuk.

„Hoe was dat?” vraagt Roelofs als de leerlingen weer zijn gaan zitten. „Irritant”, zegt de jongen. „Ze proberen mij over te halen terwijl ik het niet wil.” Roelofs knikt. Zo voelt groepsdruk, probeert ze ermee aan te geven. „En als je vrienden dat bij jou doen, zijn het dan wel goede vrienden? Maar kijk ook eens naar jezelf, ga jij makkelijk bij anderen over hun grenzen? Ik doe dat soms wel, als ik erg enthousiast ben. Het is goed om daar bewust van te zijn.”

Na de voorlichting worden de leerlingen gevraagd of ze de voorlichting nog steeds niet nodig vonden. Er gaan geen handen in de lucht, maar wel na de vraag of ze iets geleerd hebben. „Ik wist niet dat vapen slechter was dan roken”, licht iemand toe. Tot slot schrijven de leerlingen kort op wat ze van de ochtend vonden. ’Leerzaam, goed om het erover te hebben omdat het slecht is’, ’leuk dat ik dingen kwijt kan’ en ’ik had niet gedacht dat zo’n klein ding dit doet met je lichaam’ is te lezen op de briefjes.

Bijna net zoveel jongeren vapen als roken: 21,7 procent van de Nederlandse jongeren en jong- volwassenen (12 tot en met 25 jaar) gebruikte in het afgelopen jaar een e-sigaret. Bijna een derde (27,4 procent) rookte sigaretten. En 69,1% van de jongeren roken maandelijks zowel e- als gewone sigaretten. Dat blijkt uit de nieuwe Jongerenmonitor tabaks- en nicotine- producten van het Trimbosinstituut.

Lees het volledige artikel hier: https://www.gooieneemlander.nl/cnt/dmf20231004_25860078?utm_source=google&utm_medium=organic